donderdag 5 mei 2016

#treinmens 2



Enschede – Assen 4 mei 2016 15.34 – 17.27 (17.57)


Na een dagje stil kantoren ben ik op weg naar Assen. Met Lotte en Orlando, een autistische groepsgenoot van Jip gaan we naar de dodenherdenking in voormalig Kamp Westerbork. Vorig jaar waren we daar voor het eerst. Mooi was dat. Nu gaan we weer. Maar waarom wil ik daarheen? Waarom herdenk ik, herdenken wij, herdenkt vandaag heel het land?


Op Twitter zag ik vanmiddag al iets voorbijkomen in de trant van "nie wieder!'': we herdenken opdat we nooit meer dezelfde stommiteiten zullen begaan – en dus met het oog op het heden en de toekomst. Da's een mooie gedachte, maar ik heb er moeite mee. Ze veronderstelt dat 'de geschiedenis' ons lessen leert, of dat in ieder geval zou kunnen doen. En dat het herdenken ons bij die les houdt.


Na jaren van debat is het dit jaar rustig rond de dodenherdenking, schrijft het NRC in haar redactionele commentaar. En is eindelijk (weer) duidelijk wie en wat we vandaag herdenken: de Nederlandse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Maar is dat wel zo? Denken alle mensen die vanavond van 20.00 tot 20.02 stil zijn alleen aan de doden van die oorlog? En denken ze daar op dezelfde manier over, en inderdaad met diezelfde impliciete koppeling via de geschiedenis naar vandaag en naar morgen? Zal dat ook nog zo zijn als iedereen die de oorlog nog als kind heeft meegemaakt, overleden is? Ik betwijfel het.

Vorige week won een kandidaat van post-nazistische FPÖ de eerste ronde van de presidentsverkiezingen in Oostenrijk. Nieuwkomer AfD, in de peilingen de op twee na grootste partij in Duitsland, nam dit weekend een apert anti-islamitisch, latent een antisemitisch programma aan. Hoezo leren van de geschiedenis? Kan dat? Doen we dat? Natuurlijk zie ook ik de parallellen met imploderende middenpartijen in de dertiger jaren, met groeiende intolerantie en het zonde-bokprincipe in economisch en cultureel moeizame tijden. Maar helpt het? Doet de verwijzing naar het verleden er in het huidige politieke tijdsgewricht er concreet toe?

In Nederland werd maandag een SP-er veroordeeld omdat hij Hilbrand Nawijn een racist had genoemd – smaad, want te veel boze associaties met de Tweede Wereldoorlog (!) Terwijl het 'minder, minder' van 'onze Geert', toch ook niet geheel zonder associaties, tot op dato nog onbestraft is. En wee gebeente die daar in dat verband ook zo'n analogie maakt! Godwin!


Terecht wijst ex-PvdA kamerlid Kuzu er vandaag in Trouw op dat stigmatisering de modus is waarin de meerderheid in ons land weer is gaan denken – net als in de jaren '30, net als in andere landen. Ook hij sluit zijn betoog daarom af met een vlammend, een steeds herhaald 'nie wieder'. Maar ja. Ons geheugen is kort, net als ons lontje. Clio is geen oude, wijze vrouw, geen orakel, maar een ordinaire hoer.

M'n trein heeft vertraging. In Westerbork kom ik misschien net op tijd. Ik ga er herdenken. Als ik eerlijk ben gaat het daarbij vooral om mijn eigen doden: vrienden en verwanten. Joden en homo's, helden van de vrijheid in de Tweede Wereldoorlog, de vluchtelingencrisis, naamloze doden in de Middellandse Zee, die doen ook allemaal mee, maar meer in m'n achterhoofd. Er wordt over sommige van deze groepen gesproken vandaag, vooral over de Joden, dus zit het vandaag ook voor in m'n kop. Maar qua gevoel zijn dat toch meer abstracte entiteiten, meer diffuse gevoelens. Ik herdenk dus m'n eigen mix, van vroeger en nu, abstract en concreet, hier en daar, nu en toen. Samen met een heleboel mensen. Stil samen een traantje wegpinken.

Ik denk dat ik niet heel anders functioneer dan andere mensen. Er zijn er inderdaad nog die doden betreuren uit de oorlog zelf, of uit andere conflicten. Maar langzaamaan verdwijnt ook die generatie. De dodenherdenking gaat daarom volgens mij meer en meer, en misschien al wel langer fundamenteel niet over 'de doden', en ook niet alleen over de Tweede Wereldoorlog. Ze gaat over dood. Over slachtofferschap. Over het lijden van mensen door mensen. Het is jammer dat er geen internationaal, maar okay dat er een nationaal kader voor geschapen is. Dat maakt dat het een collectief gedragen gebeurtenis kan zijn. Maar ook en juist in dat verband lijkt niet, of niet meer primair over 'de doden', over concrete mensen, maar over dood en ook over de levenden, de mensen van nu te gaan.

Zodaalijk om 20.00 is er een nationaal stilte-moment. Het klinkt oneerbiedig –zo bedoel ik het niet - maar dat is ook een landelijk empathie-event. Heel even. En dat overstijgt (hopelijk) direct ook dat nationale kader. Naast mij zijn er vast veel anderen die stiekem toch ook weer anderen herdenken – Syriërs, Afrikanen, vrienden, familie, ja, tot Duitse soldaten aan toe. En er zullen in de naaste toekomst veel meer Nederlanders en Medelanders en anderlanders, mensen, kortom, meedoen aan dit gemeenschappelijke event die het anders wensen te beleven dan alleen als verwijzing naar ons toen.

Ik ben niet religieus. Ik heb moeite met nationalisme. Niettemin. De dodenherdenking is een vorm van civil religion, een soort seculier nationaal-religieus event rond slachtoffers, helden en ook schurken, waarin en waardoor 'Nederland' en de Idee van 'Nederlanders' vorm krijgen. Let maar op, in het journaal bijvoorbeeld: de Tweede Wereldoorlog is altijd nieuwswaardig. Zij is een soort tweede ontstaansmythe van ons land, van de Nederlandse natie. Het herdenken is ook een symbolische herbevestiging van die Nederlanderheid.

Is of lijkt geschiedenis voor het herdenken meer en meer een aanleiding, dan zit de waarde 'm vooral in 't moment, in het nu van het herdenken. Ik, jij, wij – ieder met z'n eigen gevoelens en gedachten. Voor mij staat dat herdenken dus als het ware los van de tijd, misschien ook wel los van de politiek Elke dag begint de toekomst opnieuw, maar vandaag begint ze morgen. Hoewel: dan is het Bevrijdingsdag, ook al zo'n natievormend moment. Praten over vrede en vrijheid, en vooral veel genieten van de zon en de muziek. Overmorgen is er weer tijd om over de toekomst na te denken, en ons af te vragen of we inderdaad wel van de geschiedenis leren, en waarom we dat dan toch nooit doen. 

Naschrift

Bij de herdenking op Kamp Westerbork waren behalve veel oude en jonge mensen ook aardig wat buitenlanders – als in: Fransen, Duitsers, Zwitsers, enz. – en maar weinig 'nieuwe Nederlanders'. Dat laatste is zeker jammer, het eerste geeft hoop voor post-nationaal 'herdenken'.

 

 

 
)


 


1 opmerking:

  1. Dankjewel Alderik voor je beschouwing bij 4 en 5 mei. Ik vat dodenherdenking ook graag op als een herdenken van menselijk leed, door mensen elkaar aangedaan. Zo opgevat kan het een gezamenlijk moment zijn, dat we met elkaar delen, een moment waarin ook nieuwe en nieuwste landgenoten en ook vreemdelingen kunnen delen. Echter, de manier waarop dodenherdenking tot nog toe vormgegeven wordt, biedt daar nog niet alle ruimte toe. Ik kan me er goed in verplaatsen dat sommige Nederlanders zich niet ipgenomen voelen in het wij dat op 4 mei aan het woord lijkt te zijn. En niet alleen nieuwe Nederlanders. Ik voel me persoonlijk ook niet zonder meer deel van dat wij. Dat heeft voor mij te maken met het koningshuis en met het militair vertoon. Voor een ander is het misschien dat hij bij het woord 'joden' eerder aan Gaza denkt dan aan de holocaust. Dat niet iedereen zich opgenomen voelt in het 'wij' dat hier het leed herdenkt dat mensen elkaar aandoen, het 'wij' dat de dag daarop de vrijheid viert - zou dat niet juist op het moment dát we die dingen herdenken en vieren van het allergrootste belang moeten zijn? Zijn dat niet bij uitstek de dagen waarop we ons zouden moeten bekommeren om de vraag, of we wel werkelijk bereid zijn iedereen daarin op te nemen en niemand buiten te sluiten?

    BeantwoordenVerwijderen